Opiniërende Raadsbijeenkomst

Agendadocumenten

Binnen het regionale samenwerkingsprogramma VERDER heeft de gemeente onderzoek gedaan naar het verbeteren van het openbaar vervoer en de doorstroming ter hoogte van NS Station Soest-Zuid. De raad heeft in januari 2013 besloten de alternatieven “optimaliseren” en “autotunnel, bussen en fietsers via een overweg” nader uit te werken en hierbij het kruispunt Soesterbergsestraat / Ossendamweg te betrekken. De onderzoeken zijn inmiddels afgerond en de raad wordt nu een totaalpakket aan maatregelen voorgesteld ter waarde van ruim € 10,3 miljoen. Voor de voorgestelde maatregelen wordt verwezen naar het raadsvoorstel. Ook wordt de raad voorgesteld het besluit aan de regio voor te leggen onder voorbehoud dat de gemeente Amersfoort uitvoering geeft aan het project Westelijke ontsluiting (zoals al eerder besloten is in Amersfoort) en in nader onderzoek wordt herbevestigd dat de hoeveelheid verkeer toeneemt zoals verwacht. Dit project is met name van invloed op de hoeveelheid verkeer op de Soesterbergsestraat en Bartolottilaan / Van Beuningenlaan. Mocht Amersfoort besluiten af te zien van het project Westelijke ontsluiting dan betekent dit dat de onderzoeken voor de Soesterbergsestraat opnieuw uitgevoerd moeten worden. De onderzoeken zijn voor het zomerreces aan de samenleving en de raad gepresenteerd. Daarna heeft een uitgebreid inspraaktraject plaatsgevonden. In totaal zijn 210 inspraakreacties ingediend. Op basis van de inspraak is het gewenst om extra verkeersmaatregelen toe te voegen. Zo kan onder andere geconstateerd worden dat in de plannen meer aandacht nodig is voor verkeerseffecten in omliggende straten. Het financieel overzicht is hierop aangepast. Op basis van de inspraakreacties is een reactienota opgesteld. Op 17 december 2015 wordt de raad gevraagd in te stemmen met het voorleggen van een uitvoeringsvoorstel in de regio met het door het college voorgestelde totaalpakket aan verkeersmaatregelen in Soest-Zuid ter waarde van € 10,3 miljoen, er vanuit gaande dat de gemeente Amersfoort uitvoering geeft aan variant 7B in het project Westelijke ontsluiting en in nader onderzoek wordt herbevestigd dat de hoeveelheid verkeer toeneemt zoals verwacht.

Het ontwerpbestemmingsplan en de daarmee gecoördineerde ontwerpomgevingsvergunning heeft ter inzage gelegen waarop drie zienswijzen zijn ingediend. Twee zienswijzen hebben betrekking op het ontwerpbestemmingsplan, de andere zienswijze heeft betrekking op de ontwerpomgevingsvergunning. Deze wordt door het college afgehandeld bij de besluitvorming rond het verlenen van de omgevingsvergunning. Naar aanleiding van 1 zienswijze wordt het bestemmingsplan gewijzigd. De bestemmingsplangrens wordt ter hoogte van de wadi aan de Van Goyenlaan circa 3 meter verschoven in de richting van de Van Goyenlaan. Op deze wijze komt de wadi dichter bij de weg te liggen waardoor er meer landbouwgrond overblijft op de eng. Op 26 november 2015 wordt de raad gevraagd het bestemmingsplan Molenschotterrein vast te stellen en in te stemmen met de Nota van Zienswijzen.

De gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Leusden, Soest en Woudenberg geven gezamenlijk invulling aan de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). De gemeenten hebben hiertoe RWA opgericht. Dit samenwerkingsverband, op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen, treedt op als werkgevers voor de sw-ers. RWA heeft samenwerkingsafspraken gemaakt met de vennootschap Amfors en sluit jaarlijks een prestatie-overeenkomst af met Amfors. Begin 2015 is een proces gestart om de wijze waarop invulling gegeven wordt aan de werkvoorziening van de huidige sw-ers te heroverwegen en een toekomstvisie te ontwikkelen, omdat de instroom in de Wsw is gestopt door de Participatiewet en de Rijkssubsidie voor deze doelgroep de komende jaren afneemt. In april/mei 2015 zijn aan de gemeenteraden 3 scenario’s voor RWA/Amfors voorgelegd die uitgewerkt zouden kunnen worden in een toekomstvisie. De raden werd gevraagd een voorkeursscenario aan te geven. Het College van B en W stelde voor om per bedrijfsonderdeel te bekijken wat de meest optimale keuze is. Op basis hiervan is een scenariostudie gedaan die gepresenteerd is aan de gemeenteraden op 1 oktober 2015. Alvorens verdere besluiten voor te bereiden vraagt het college aan de gemeenteraad zich uit te spreken over de volgende uitgangspunten: 1. Wij willen met Amfors koersen op een mensontwikkelbedrijf, dat meebeweegt met de omvang van de doelgroep. 2. We willen de governance en aansturing van RWA / Amfors vereenvoudigen en aanpassen om de transitie richting mensontwikkelbedrijf optimaal te kunnen aansturen. 3. We willen in de regio, als onderdeel van de veranderstrategie voor Amfors, nadere afspraken maken over: a. het voortzetten van inbesteding bij Amfors en de wijze waarop we de prijsvorming hierbij transparant naar elkaar maken; b. het opnemen van voorwaarden bij aanbesteding van taken aan marktpartijen om groepsdetachering van sw-ers van Amfors bij reguliere werkgevers te stimuleren. Bovenstaande punten worden in het raadsvoorstel nader toegelicht. De reactie van de Wsw-cliëntenraad is u reeds toegezonden.

De raad heeft in oktober 2014 besloten om te komen tot meer scheiding van afvalstromen. De RMN heeft, als uitwerking daarvan, voorgesteld over te gaan tot het inzamelen van de afvalstroom PMD. Dat staat voor plastic, metalen verpakkingen en drankenkartons. In artikel 3 van de Afvalstoffenverordening staat een limitatieve opsomming van de diverse categorieën afvalstoffen die afzonderlijk worden ingezameld. PMD staat daar niet bij, daarom wordt de raad voorgesteld de Afvalstoffenverordening op dit punt te wijzigen. Om te voorkomen dat bij iedere wijziging van een afvalstroom de Afvalstoffenverordening aangepast moet worden, wordt voorgesteld hier een formulering vast te stellen die de bevoegdheid tot het vaststellen van de verschillende categorieën bij het college van b en w neerlegt. Daarnaast stelt het college voor om een krediet van € 186.000 beschikbaar te stellen voor 6 persende ondergrondse containers. Deze kosten kunnen in 4,5 jaar tijd terugverdiend worden. De investering kan gedekt worden door een eenmalige onttrekking uit de egalisatiereserve afvalstoffenheffing. Op 26 november 2015 wordt de raad gevraagd de afvalstoffenverordening Soest 2016 vast te stellen en een budget beschikbaar te stellen van € 186.000 voor de plaatsing van 6 ondergrondse perscontainers voor PMD.

In het coalitie-akkoord en later via de Kadernota 2015 is vastgelegd om vooruitlopend op het Rijksbeleid, de mogelijkheden te onderzoeken van integratie van het peuterspeelzaalwerk in de kinderopvang. De jaarlijkse bijdrage voor peuterspeelzaalwerk van € 463.000 vervalt uiterlijk in 2017 en er blijft een gemeentelijk budget beschikbaar van € 80.000 voor mogelijk ongewenste effecten. In het beleidskader harmonisatie peuterspeelzaalwerk Soest worden 5 verschillende opties uitgewerkt. Voorgesteld wordt om uit te gaan van de optie “peuteropvang inclusief voor- en vroegschoolse opvang (VVE) met een startleeftijd van 2,5 jaar”. Op basis van de huidige gegevens zou het nog resterende gemeentelijke budget van € 80.000 niet toereikend zijn, maar is € 12.055 structureel meer nodig. Op dit moment is BINK de enige aanbieder van VVE. Vanaf 2017 kunnen dat ook andere organisaties zijn zoals bijvoorbeeld K’nijntje/Zippies, als ze voldoen aan gestelde voorwaarden. Beide organisaties hebben via een zienswijze gereageerd op de plannen. Op 26 november 2015 wordt de raad gevraagd in te stemmen met de nota van zienswijzen en met het beleidsplan harmonisatie peuterspeelzaalwerk.

Door nieuwe landelijke wetgeving dienen de bestaande verordeningen op het gebied van onderwijshuisvesting te worden herzien. De wijziging betreft voor gemeenten het vervallen van de zorgplicht voor onderhoud en aanpassing van schoolgebouwen. De schoolbesturen ontvangen de vergoeding rechtstreeks van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Er is geen sprake van een beleidswijziging van de gemeente Soest in de nu voorliggende verordeningen. Op 26 november 2015 wordt de raad gevraagd de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Soest 2015 en de Verordening materiële en financiële gelijkstelling Soest 2016 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Soest 2011.

Het huidige voorbereidingsbesluit vervalt op 4 december 2015. De in het voorontwerp van het bestemmingsplan voorgestelde aanpak van de problematiek van milieuhinderlijke bedrijven is zo innovatief, dat een expertteam van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu dat eerst wil toetsen. Dat betekent dat het proces voor een nieuw bestemmingsplan later wordt afgerond dan gepland. Als gevolg hiervan is een nieuw voorbereidingsbesluit nodig voor 1 jaar. Een voorbereidingsbesluit betekent dat bouwaanvragen aangehouden worden en van gronden en gebouwen het gebruik niet gewijzigd kan worden. De raad wordt gevraagd op 26 november 2015 een voorbereidingsbesluit te nemen voor het bestemmingsplan-plus Soesterberg Noord.